Scheveningen, P.K.N. Nederlandse Hervormde of Oude Kerk, koororgel (2004)

In de koorkerk van de Oude Kerk bevindt zich een koororgel wat in 1960 is gebouwd door Flentrop te Zaandam. Het is van origine een balustrade orgel dat werd gebouwd door J.M. Garstenhauer in 1791. Flentrop vervaardigde een nieuwe windlade met traktuur en windvoorziening. Ook werd de onderkast met speeltafel in 1960 nieuw vervaardigd.

Het dak van de orgelkas sloot niet goed af liet veel vuil door. De panelen van de achterwand waren geheel uit elkaar gevallen en de kas was dus niet meer afsluitbaar. Het gevolg was dat het gehele koororgel zeer sterk vervuild was door gruis en stof.
Het historische pijpwerk was reeds jaren in een zeer slechte staat, de steminrichtingen waren ingescheurd, soldeernaden gesprongen, en de afdichtingen van de hoeden lekten. Hierdoor was het orgel niet meer te stemmen. Technisch was het orgel nog in redelijke staat. Het toetsbeleg van het manuaalklavier en de invoeringen waren echter versleten en ivoorbeleg grotendeels verdwenen.

Restauratie

De door J.L. van den Heuvel Orgelbouw uitgevoerde werkzaamheden:

Als eerste werd er een inventarisatie van het pijpwerk gemaakt waarbij alle specifieke kenmerken werden genoteerd. Daarna werd de winddruk en toonhoogte bepaald.

In het najaar van 2003 werd het pijpwerk en grote onderdelen verwijderd en ingepakt. Vervolgens werden deze onderdelen naar de ateliers te Dordrecht getransporteerd en na te zijn schoongemaakt in stijl gerestaureerd.
Gedurende de periode dat deze restauratiewerkzaamheden plaatsvonden werden zowel het hoofdorgel als het koororgel van de Oude Kerk ingekrat i.v.m. de restauratie werkzaamheden in de kerk.

In februari 2004 kon het koororgel worden uitgepakt en konden de orgelbouwers in de kerk verder gaan. De stokken en roosters van de Flentrop-windlade werden geheel nagezien en hersteld. Ook werden de verende registerslepen van de windlade nagezien en werden er sleepveren bijgeplaatst. Na restauratie werd het pijpwerk teruggeplaatst, wankele roosters werden met extra steunen vastgezet zodat het pijpwerk niet meer scheef kan zakken waardoor beschadiging aan de voeten voorkomen wordt. De ventielen werden schoongemaakt, waar nodig werd leder van de ventielafdichtingen vervangen en de ventielveren afgesteld.
Vervolgens werd de magazijnbalg schoongemaakt en nagezien. Wellenborden en traktuur alsmede invoeringen werden nagezien en waar nodig vernieuwd.
Conducten werden nazien en aangeheeld in bestaande stijl. Vervolgens werden de ventilator, de aanzuigklep en de windregulatie onder handen genomen.

scan0

De orgelkas

De luiken achter het orgel alsmede de raamwerken waarin de panelen stonden waren zeer ongelijk en slecht of niet af te sluiten. In overleg met de opdrachtgever werd de achterwand in historische stijl vernieuwt zodat het geheel weer goed afsluitbaar is. Ook het kastwerk van de zijwanden alsmede het front was in zeer slechte staat. De gehele kas werd op ambachtelijke wijze gerestaureerd en daarna algeheel geschilderd. Ook het bladgoud werd op het snijwerk werd gerestaureerd en deels vernieuwd. De labia van de frontpijpen werden voorzien van een nieuwe laag 23,5 karaats bladgoud.

Toen het orgel technisch weer opgebouwd was konden de intonateur en zijn assistent beginnen met het nazien van de intonatie en het egaliseren hiervan. Het artistieke uitgangspunt was het werk van de orgelbouwers zoals dat gebruikelijk was tijdens de bouwperiode van het orgel. Ter afsluiting volgde het algeheel stemmen in de evenredig zwevende temperatuur waarbij de toonhoogte van voor de restauratie werkzaamheden is gehandhaafd.

Aanvullende informatie

  • Werkzaamheden: Restauratie
  • Locatie: Scheveningen (NL)
  • Dispositie:

    Manuaal, C-f3
    Montre 8'
    Gambe 8'
    Bourdon 8'
    Prestant 4'
    Flûte 4'
    Nazard 2 2/3'
    Doublette 2'
    Flageolet 1'
    Sesquialtera II (discant)
    Fourniture III-IV

    Pedaal, C-d1
    aangehangen aan manuaal