Brauneberg-Filzen, Katholische Klosterkirche Sankt Josef (2013)

"Het orgel is op ambachtelijke wijze en geheel volgens het bestek gerestaureerd. Zowel de klank, constructie als materiaalkeuze zijn van de allerbeste kwaliteit. Ondergetekende heeft als orgeladviseur van het Bisdom, met vertegenwoordigers Pfarrer Thomas Schneider en Edmund Gietzen van de kerkelijke gemeente en orgelcommissie, het orgel dan ook goedgekeurd"   Reinhold Schneck, orgeladviseur van het Bisdom Trier.

De orgelbouwer Heinrich Voltmann uit het bedevaartsoort Klausen

Heinrich Voltmann werd op 1 april 1830 geboren. Zijn ouders waren Heinrich Christop Voltmann en Anna Magarete Meyer. Van wie en waar hij zijn opleiding als orgelbouwer ontving is onbekend. Het is echter wel bekend dat hij de orgelbouwer Meinolph Knaup uit Klausen kende omdat zijn latere vrouw in 1853 als petekind van een dochter van Meinolph Knaub genoemd werd in het plaatselijk kerkregister. Enige jaren later, in 1858, stierf Knaub. Hij werd slechts 34 jaar oud.

In 1852 bouwde Heinrich Voltmann zijn eerste grotere orgel te Klausen, en daarna groeide zijn bedrijf langzaam uit. Hij is met name bekend door de nieuwbouw van een 20-tal kleinere één en twee manualige sleepladenorgels, daarnaast voerde hij restauratie- en onderhoudswerk uit. Heinrich Voltmann overleed op 15 juli 1909 te Klausen. Zijn schoonzoon Anton Turk, en diens zoon Heinrich, zetten het bedrijf voort.

Het orgel in St. Josef, Brauneberg-Filzen

Het betreft hier een orgel dat in 1884 werd gebouwd. Voltmann herintegreerde onderdelen en de orgelkast uit het reeds aanwezige kerkorgel dat volgens een document uit 1927 uit de periode 1720-1750 moest dateren. De historie is echter niet volledig gedocumenteerd teruggevonden; de naam van de bouwer uit de 18e eeuw is niet bekend, het orgel stond destijds op het lager gelegen balkon waar de nonnen zich bevonden. Het betrof een orgel zonder pedaal.

In 1834 werd het orgel overgeplaatst naar de bovenste gaanderij zodat de kerkelijke gemeente meer zitplaatsen tot haar beschikking kreeg. De klassieke vouwbalgen stonden achter het orgel, sporen van de pompinrichting zijn nog terug te vinden in het kastwerk. Bij de ombouw in 1884 heeft Voltmann een vrij pedaal toegevoegd. Naar verluit zou de manuaalwindlade ouder zijn maar de bouwwijze en materiaalkeuze komen volledig overeen met de pedaalwindlade. De windvoorziening werd in zijn geheel verplaatst naar een ruimte achter het orgel. Wel is omschreven dat een nieuwe balg en nieuw metalen pijpwerk werden ingebouwd.

In 1935 plaatste orgelbouwer Turk een ventilator en een nieuwe Principal in een tinlegering. Waarschijnlijk werd de originele Principal in 1917 omgesmolten t.b.v. de wapenindustrie. Omstreeks 1935 werd ook een Salicionaal 8' in het orgel geplaatst.

In een rapport van 15 december 1979 schrijft de toenmalige orgeladviseur en domorganist Oehms over de deplorabele toestand van het orgel. Hij beveelt een grondige reiniging en grote onderhoudsbeurt aan. Dit werd in 1980 door de orgelbouwfirma Sebald-Oehms uitgevoerd. De historische windvoorziening werd verwijderd en een nieuwe slobbalg met ventilator werden naast het orgel geplaatst.

De dispositie van het orgel was als volgt:

Manual, C-f3

Principal
Bordun
Gambe
Hohlflöte
Salicional
Octave
Flöte Douce
Octave
Mixtur
Trompete

 

8'
16'
8'
8'
8'
4'
4'
2'
3fach
8'

 

C-H hout, vanaf c0 in het front
vanaf c0
C-H gecombineerd met Holflöte 8'

origineel Voltmann: Octav 4'
origineel Voltmann: Quinte 3'


2'
B/D

Pedal, C-f0

Subbaß
Octavbaß
Violoncello

 

16'
8'
8'

 

hout, gedekt
hout, open
hout, open

Combinatietrekkers

Collection I
Collection II
Forte

 

 

Subbaß 16', Principal 8', Bourdon 16', Gamba 8', Salicional 8'
Octavbaß 8', Octav 4', Flöte douce 4', Octav 2'
Principal 8', Bourdon 16', Octav 4', Octav 2', Mixtur, Trompete 8'

De dispositie biedt samen met de combinatieregistertrekkers veel kleurmogelijkheden.

Die Manuaalwindlade heeft een diatonische C/Cis-deling en staat direct achter het front. In het front staan de pijpen van de Principal 8' vanaf 4' lengte. Deze zijn met loden conducten vanaf de windlade afgevoerd. Het pedaal staat net boven het vloerniveau in de nis achter het orgel. Daartussen bevindt zich een looppad net onder het hogere windladeniveau van het Manuaal. Uit de Turk verbouwing van 1935 dateerde de tegen de zijwand geplaatste stok waarop de vijf grootste pijpen van de Octav 4' een plaatst vonden. deze stok was noodzakelijk omdat er een Salicionaal 8' geplaatst werd. In 1980 werd er op de gaanderijvloer een nieuwe balg en een nieuwe ventilator geplaatst. In de orgelkast zit nog steeds de historische balghoogte indicator van de historische balgvoorziening.

De door Voltmann gebouwde speeltafel staat aan de zijkant van de orgelkas. Het is onduidelijk waartoe het open gat diende in het registerbord. Dit gat is in één rij met de registertrekkers, maar er zijn geen sporen gevonden van een mechaniekaansluiting. In het verleden heeft men dit gat benut om een controlelamp van de ventilator in het bouwen, maar dit lampje is ook al weer jaren verdwenen. Alle mechanieken werden hoofdzakelijk van hout gemaakt. Ook de combinatieregistermechanieken bestaan behoudens enige metalen stiften uit houtconstructies. In de windladen bestonden de afdichtingen uit doorlopende lederbanen waarop de registerslepen geplaatst werden. De onderkant van de stokken werden voorzien van gleuven (z.g. spaanse ruiters) zodat de wind kon ontsnappen en doorspraak van pijpen werd voorkomen. Ook de pulpeten bestaan uit leerstroken waardoor de pulpeetdraden liepen.

De restauratie van 2012

Toen Peter van den Heuvel in 2007 het Voltmann orgel voor de eerste keer bezocht werd er al gesproken over een grondige restauratie en reconstructie van het orgel naar de situatie van 1884. Na onderzoek en samenspraak met de orgeladviseur van het bisdom, de heer Reinhold Schneck uit Wittlich, ontving Van den Heuvel-Orgelbouw bv de opdracht om het orgel naar historische gezichtspunten volledig te restaureren en te conserveren. Het orgel werd in juli 2012 gedemonteerd en naar de ateliers in Dordrecht overgebracht. Daar werden alle delen geheel gedemonteerd en na restauratie opnieuw opgebouwd.

De klaviatuur was zeer sterk uitgesleten. Alle invoeringen werden dan ook vernieuwd. Ook werden de bakstukken en de klavieromlijstingen algeheel gerestaureerd zodat alles er als bij de oplevering door Voltmann uitziet. De windladen zijn de hartstukken van het orgel. Scheuren in het cancellenraam en in de massieve dekplaat werden open gezaagd en met eikenhout in stijl aangeheeld. Alle leder is in stijl vervangen. Ook werden de geleidingsstiften algeheel vernieuwd omdat de historische ernstig door roest waren aangetast. De leren pulpeten zijn geheel in stijl vernieuwd. Het op de dekplaat aangebrachte leer werd in verband met de onderliggende scheurvorming en diverse ernstige (water)lekkages algeheel verwijderd. Omdat dit systeem in het verleden altijd voor windoverloop zorgde tussen de sleep en windladeboringen is er besloten om het leer te vervangen voor geweven viltringen. De slepen waren zeer ongelijk van dikte en werden dan ook geëgaliseerd en op één dikte gebracht. Verdere constructies van de windladen en trakturen werden geheel in Voltmann stijl gerestaureerd of vernieuwd.

Ondanks het idee dat het orgel van de St. Josefkerk in eerste instantie nagenoeg onveranderd leek, bleek er tijdens nader onderzoek in het atelier toch veel te zijn veranderd in de afgelopen 126 jaar.  In goed overleg met de opdrachtgever en de orgeladviseur van het bisdom, de heer Reinhold Schneck uit Wittlich, werd de originele Voltmann dispositie uit 1884 gereconstrueerd. Ontbrekende pijpen en verdwenen registers werden in stijl en mensurereing van Voltmann nieuw bijgemaakt. De detaillering van de specifieke Voltmann vormgeving en labiaalvorm werd vanzelfsprekend overgenomen. De verdwenen Quint 3' en de Octav 4' werden weer op hun originele plaats terug. Bij de intonatie werden de karakteristieke kenmerken van Voltmann gerespecteerd. Het orgel in de voormalige kloosterkerk St.Josef te Brauneberg-Filzen heeft daarmee zijn fraaie klank teruggevonden.

Foto's van de restauratie werkzaamheden:

Foto's van de montage:

Aanvullende informatie

  • Werkzaamheden: Restauratie
  • Locatie: Filzen (D)
  • Dispositie:

    Manual, C-f3

    Principal
    Bordun
    Gambe
    Hohlflöte
    Octave
    Quinte
    Flöte Douce
    Octave
    Mixtur
    Trompete

     

    8'
    16'
    8'
    8'
    4'
    3'
    4'
    2'
    3fach
    8'

     

    C-F# in hout, vanaf c0 front
    vanaf c0
    C-H gecombineerd met Holflöte 8'
     
    C-F# oud, G-f3 rekonstruktie
    C-h1 oud, c2-f3 rekonstruktie
     
     
    2'
    B/D

    Pedal, C-f0

    Subbaß
    Octavbaß
    Violoncello

     

    16'
    8'
    8'

     

    hout, gedekt
    hout, open
    hout, open

    Combinatietrekkers

    Collection I
    Collection II
    Forte

     

     

    Subbaß 16', Principal 8', Bourdon 16', Gamba 8', Octave 4'
    Octavbaß 8', Flöte Douce 4', Quinte 3', Octav 2'
    Principal 8', Bourdon 16', Octav 4', Quinte 3', Octav 2', Mixtur, Trompete 8'

     Mechanische toets- en registertraktuur.