Grote Kerk, Papendrecht (2024)

In de Grote Kerk te Papendrecht bouwde de Duitse firma Steinmeyer & Co. in 1923 een nieuw orgel. Het kreeg in 1929 de huidige plaats in de kerk, boven de preekstoel, na een vergroting en verbouwing van de kerk.

In de jaren vijftig werd op initiatief van organist Jan Koppenol besloten het orgel te laten reviseren en uitbreiden door de firma Pels & Zn. De dispositie werd ingrijpend gewijzigd. Van het oude hoofdmanuaal bleven slechts de Prestant 8', de Concertfluit en de Octaaf 4' bewaard. De Mixtuur werd uitgebreid met één koor tot 4 sterk, de Trompet werd vernieuwd en verder werden vier nieuwe registers geplaatst. Op het zwelwerk werden de Bourdon 16', de Terts en de Hobo vervangen door een Prestant 4', een Scherp en een Dulciaan. De Quint werd hernoemd naar Nasard. De pedaal Violon verviel evenals de transmissie van de Bourdon 16'. Met behulp van het pijpwerk van deze Bourdon werd een Gedekt 8' gemaakt. Tevens plaatste Pels twee electrische units op het pedaal. (Octaafbas 8/Koraalbas 4 en Fagot 16/Trompet 8/Klaroen 4) Op 27 mei 1958 is het vernieuwde instrument in gebruik genomen met een bespeling door Koppenol. In 1985 voerde Pels & Van Leeuwen een restauratie en ombouw uit. Adviseur bij het werk was dhr. A. Fonteijn uit Rotterdam. Er werd een geheel nieuwe electrische tractuur gemaakt en nieuwe sleepladen met tooncancellen voor de manuaal werken. Ook werd een nieuwe orgelkas met front geleverd waarbij de oude zinken frontpijpen werden hergebruikt. De dispositie is echter geheel gelijk gebleven aan de situatie van 1958. Op 3 september 1985 werd het orgel weer in gebruik genomen met een bespeling door Jan Bonefaas

In 2024 bleek een renovatie noodzakelijk: diverse registers werkten niet meer, drie van de vier balgen waren in slechte staat en de elektrische tractuur bleek zeer onbetrouwbaar.

Al het pijpwerk is van de windladen afgenomen en de registerslepen en motoren zijn weer gangbaar gemaakt. De registermotoren zijn nu zo gemonteerd dat demontage zonder het verwijderen van al het pijpwerk en de stokken mogelijk is.
De windvoorziening is geheel gerestaureerd waarbij het schapenleer van de balgen van het Hoofdwerk, Zwelwerk en Pedaal algeheel is vervangen voor rundleder.
De door Pels & Van Leeuwen geïnstalleerde elektronica (1985 en 1992) is vervangen door nieuw.

Aanvullende informatie

  • Werkzaamheden: Restauratie
  • Locatie: Papendrecht
  • Dispositie:
    Hoofdwerk (I),C-g3
    Prestant 8 (1923)
    Concertfluit 8 (1923)
    Octaaf 4 (1923)
    Roerfluit 4
    Kwint 2 2/3
    Octaaf 2
    Sesquialter 2st.
    Mixtuur 4st. (1923/1958)
    Trompet 8
    I + II 16
    I + II
    I + I 4
    Melodie koppel
    Tremolo
    Zwelwerk (II), C-g4
    Vioolprestant 8 (1923)
    Salicionaal 8 (1923)
    Celeste 8 (1923)
    Gedekt 8 (1923)
    Prestant 4
    Dwarsfluit 4 (1923)
    Nasard 2 2/3 (1923)
    Piccolo 2  (1923)
    Scherp 3st.
    Dulciaan 8
    II + II 4
    Tremolo


    Pedaal (P), C-f1
    Subbas 16 (1923)
    Octaafbas 8 *
    Gedekt 8 (1923)
    Koraalbas 4 *
    Fagot 16 **
    Trompet 8 **
    Klaroen 4 **
    P + I
    P + II
     
     
    Piano Pedaal II
    Vrije Combinatie
    Crescendo af